De primaire resultaten van de gerandomiseerde fase 2-CT041-ST-01-studie laten zien dat satricabtagene autoleucel vergeleken met behandeling naar keuze van de arts geassocieerd is met een betere progressievrije en algehele overleving bij patiënten met eerder behandelde, gevorderde maagkanker of kanker van de gastro-oesofageale overgang. Bovendien waren de bijwerkingen van satricabtagene autoleucel goed beheersbaar, bleek tijdens de 2025 ASCO Annual Meeting uit de presentatie van dr. Changsong Qi (Beijing, China).
Satricabtagene autoleucel (satri-cel) is een Claudin18.2-specifiek CAR-T-celproduct en was in een fase 1-studie geassocieerd met een veelbelovende werkzaamheid bij eerder behandelde patiënten met gevorderde maagkanker of kanker van de gastro-oesofageale overgang (G/GEJC).1,2 In de gerandomiseerde, open-label fase 2-CT041-ST-01-studie worden de werkzaamheid en veiligheid van satri-cel vergeleken met die van behandeling naar keuze van de arts (TPC) bij eerder behandelde patiënten met gevorderde G/GEJC. De primaire uitkomstmaat is de progressievrije overleving (PFS) bepaald door een onafhankelijke reviewcommissie (IRC).
Betere PFS en OS
Uit de primaire studieresultaten bleek dat satri-cel vergeleken met TPC geassocieerd was met een significant betere IRC-bepaalde PFS in de intention-to-treat (ITT)-populatie.3,4 “De mediane PFS was 3,25 maanden in de satri-celarm (n=104) vergeleken met 1,77 maanden in de TPC-arm (n=52; HR 0,366; 95% BI 0,241-0,557; p<0,0001). Daarnaast was satri-cel in de ITT-populatie geassocieerd met een klinisch betekenisvol voordeel van de algehele overleving (OS). De mediane OS was 7,92 maanden in de satri-celarm versus 5,49 maanden in de TPC-arm (HR 0,693; 95% BI 0,457-1,051; p=0,0416). Het PFS- en OS-voordeel was ook aanwezig in de vooraf gespecificeerde subgroepen”, vertelde Changsong Qi.
Meer toxiciteit
Vergeleken met TPC had satri-cel meer bijwerkingen, maar deze waren over het algemeen goed beheersbaar. Behandelingsgerelateerde bijwerkingen (TRAE’s) van graad 3 of hoger kwamen voor bij 98,9% van de patiënten in de satri-celarm en 56,3% van de patiënten in de TPC-arm. De meest voorkomende TRAE’s in de satri-celarm waren afname van het aantal lymfocyten (98,9%), afname van het aantal witte bloedcellen (97,7%), cytokinereleasesyndroom (95,5%), afname van het aantal neutrofielen (93,2%) en anemie (81,8%).
“Deze resultaten suggereren dat satri-cel een nieuwe behandeloptie zou kunnen worden en geven aanleiding voor vervolgonderzoek naar satri-cel in eerdere behandellijnen bij patiënten met gevorderde G/GEJC”, besloot Qi.
De resultaten van de studie zijn gelijktijdig gepubliceerd in The Lancet.4
Referenties
1. Qi C, et al. Nat Med 2022;28:1189-98.
2. Qi C, et al. Nat Med 2024;30:2224-34.
3. Qi C, et al. J Clin Oncol 2025;43(16_suppl): abstr 4003.
4. Qi C, et al. Lancet 2025, May 31. DOI: 10.1016/S0140-6736(25)00860-8. Online ahead of print.
Dr. Robbert van der Voort, medical writer